
De fracties van Progressief Westerveld en Partij van de Arbeid hebben gezamenlijk schriftelijke vragen gesteld over een snelheidsbeperking op de Doldersummerweg (vanaf de aansluiting op de Ten Darperweg langs Park en Camping Midzomer). De buurtvereniging Park Midzomer had – samen met het bestuur van de Camping Midzomer – aan de gemeente Westerveld gevraagd om de maximumsnelheid op dat weggedeelte te verlagen van 60 naar 30 km per uur. Het College van B&W had dat verzoek afgewezen. Progressief Westerveld en Partij van de Arbeid achten het verzoek echter wel degelijk reëel en uitvoerbaar.
Achtergrond:
Op 16 september 2021 doet de buurtvereniging Park Midzomer (VPM), in samenspraak met het bestuur van de Camping Midzomer, het verzoek tot het nemen van het volgende verkeersbesluit: Verlaging van de maximumsnelheid op de Doldersummerweg van de huidige 60 km per uur naar 30 km per uur en dientengevolge het wijzigen van het verkeersbord dat bij de ingang van de Doldersummerweg staat, komend van de Ten Darperweg. Dit verzoek heeft ten doel: de veiligheid op dit weggedeelte te verzekeren, en weggebruikers en passagiers te beschermen.
In haar antwoord van 4 november 2021 geeft het College aan het verzoek niet in te willigen, en voert daarvoor hoofdzakelijk twee redenen aan. Allereerst wil het College in het kader van eenduidigheid en herkenbaarheid zoveel mogelijk vast houden aan 30 km/uur binnen de bebouwde kom en 60 km/uur buiten de bebouwde kom als het gaat om erftoegangswegen, en vindt het dat deze smalle en veel voor fietsrecreatie gebruikte weg kennelijk alle kenmerken heeft van een 60 km – weg. En daarnaast geeft het College aan, dat weggebruikers die te hard rijden ‘zich niet zullen laten afschrikken door een 30 km – bord’.
Na contact met de bewoners hebben Michiel van de Kasteelen (PW) en Chrisstien Dollekamp (PvdA) devolgende Schriftelijke Vragen ingediend:
- Staat het College nog steeds achter haar eerdere standpunt (als verwoord in de Reactienota d.d. 14 december 2020), dat “met een weloverwogen en goede onderbouwing het GVVP de mogelijkheid biedt (om binnen de kaders van Wegenverkeerswet 1994) af te wijken van de gestelde maximum snelheden (60 buiten de bebouwde kom en 30 binnen de bebouwde kom)?
- Kan het College daadwerkelijk volhouden, dat een weg van deze breedte, die uitmondt in een zandweg met fietspad en dus veel toeristisch fietsverkeer aantrekt, maar ook veel fietsende schoolgaande jeugd, niet in aanmerking komt voor een weloverwogen en goed onderbouwde uitzondering, als voorgelegd door de buurtvereniging Park Midzomer (VPM), in samenspraak met het bestuur van de Camping Midzomer?
- Als het wegbeeld en de weginrichting een rol speelt in de afweging van het College, bent u dan bereid d.m.v. een of enkele verkeersdrempels wegbeeld en weginrichting aan te passen aan de gewenste lagere snelheid?
- De omwonenden geven aan dat diegenen, die op deze weg een snelheid aanhouden van 60 km p.u., daarop niet kunnen worden aangesproken, omdat zij het kennelijke ‘recht hebben’ daar met die snelheid te rijden. U geeft in antwoord daarop aan, dat “genoemde weggebruikers zich door een 30 km – bord niet zullen laten tegenhouden’. Is het College het met de fracties van Progressief Westerveld en Partij van de Arbeid eens, dat in een rechtsstaat als de Nederlandse het al dan niet stellen van een regel (die een maatschappelijk doel dient), niet afhankelijk mag zijn van de verwachting of mensen zich aan die regel zullen houden?